Na ruim tien jaar verslaving besloot Niels op zijn 22e dat het anders moest. Hij ging een 12-stappenkliniek in en zette de eerste stap naar herstel. Vandaag de dag werkt hij als ervaringsdeskundige bij Terwille en zet zich in om anderen te helpen die met verslaving worstelen. “Als ik ook maar 1 iemand aan het nadenken kan zetten over wat drugs en drank met je doet, ben ik tevreden.” vertelt Niels. “Door open en eerlijk mijn verhaal te delen, zie ik dat er iets loskomt.”
Van nieuwsgierigheid naar verslaving
Niels’ verslaving begon uit nieuwsgierigheid. Wat ooit onschuldig leek—het stiekem proberen van drugs met vrienden—werd al snel meer. “Ik was altijd fel tegen roken en blowen, ik sportte veel. Maar mijn nieuwsgierigheid won het uiteindelijk.” Roken, blowen en drinken namen de overhand, en voor hij het wist, was hij op zijn 16e verslaafd aan cocaïne en XTC. “Experimenteren gaf me een kick, en uiteindelijk maakte het me niet uit welk middel het was. Ik wilde gewoon zo ver mogelijk weg zijn van de werkelijkheid.”
Naar de buitenwereld toe deed Niels alsof alles prima ging, maar zijn ouders kregen al snel in de gaten dat hij te veel dronk en zagen zijn toenemende agressie. Toen Niels op zichzelf ging wonen, was dat voor zijn ouders een opluchting. “Het is niet gek dat ik zo jong in aanraking kwam met drugs. Op school is er altijd wel iemand die iets heeft, en het is ontzettend makkelijk om eraan te komen.”
Het keerpunt
Na veel bijna-keerpunten bereikte Niels uiteindelijk zijn dieptepunt. Het moment dat hij zijn zusje op straat om geld vroeg om drugs en drank te kopen, was voor haar de druppel. De volgende ochtend stond zijn moeder bij hem op de stoep. “Ik voelde dat het moment daar was. Als ik nu niet alles zou vertellen, dan zou het nooit gebeuren.” Hij vertelde zijn moeder alles. Dat hij verslaafd was en te veel dronk. “Dat was het meest bevrijdende gevoel ooit. Het was het begin van iets nieuws.” Niels kwam terecht in een kliniek waar hij de 12-stappenmethode volgde.
Hoewel Niels nu al jaren clean is, beschrijft hij zichzelf nog steeds als verslaafd. De verleiding blijft aanwezig: “Ergens in mij is altijd dat stemmetje—ik noem ‘m Slik—dat zegt: ‘Je kan wel weer een keertje gebruiken.’ Maar ik weet nu beter.”